Het is november, het sinterklaasjournaal is weer begonnen, kinderen komen geleidelijk aan weer in de sfeer. Sommigen geloven in de Sint, anderen weten zeker dat hij niet bestaat, en weer anderen twijfelen en stellen vragen. Voor veel gezinnen een fijne periode, en tegelijk kan het ook veel spanning geven voor kinderen.
Ouders stellen mij vaak de vraag of ze het eerlijk zullen vertellen dat Sinterklaas niet bestaat, of spelen ze het spelletje mee? Het tweede wat ik vaak hoor is dat ouders deze periode als kans benutten om hun kind te laten gehoorzamen, zoals: “De Pietjes zien álles, dus ook of je netjes je bordje leeg eet”.
In dit blog licht ik beide thema’s toe. Maar allereerst dit: de pedagogiek van verwachtingsvol uitkijken naar…
Vol verwachting klopt ons hart…
Laten we dat vooral zo houden voor onze kinderen. De magie, de fantasie, de nieuwsgierigheid, geheimzinnige antwoorden op alle vragen. Verlangend en geduldig uitkijken naar wat er komen gaat, naar de fijne en magische gebeurtenissen.
Zeker in een wereld waarin geduld op de proef wordt gesteld, waarin de focus ligt op presteren en het direct vervullen van behoeften, zijn de pedagogische waarden van vertrouwen, eerlijkheid, gelijkwaardigheid en integriteit zo ontzettend belangrijk.
Vertrouwen in jou als ouder, betrouwbaar zijn voor je kind. Eerlijk in wat je zegt, doet en in je antwoorden, en daarbij afstemmen op de leeftijd van je kind. Gelijkwaardig als mens, jij en je kind. Integriteit in de omgang met je kind en daarbij vasthouden aan wat je belangrijk vindt.
Wat doen we met de ‘waarheid’?
De kleuterperiode kenmerkt zich door het magisch denken, waarbij fantasie en werkelijkheid vaak door elkaar heen lopen. Een kind kan wéten dat Sinterklaas niet echt is en er tegelijkertijd ook nog in geloven. Rond het 6e/7e levensjaar beginnen ze steeds beter de werkelijkheid van fantasie te onderscheiden. Vandaar dat kinderen op deze leeftijd dan ook de meeste vragen beginnen te stellen over de waarheid.
Belangrijk is om af te stemmen op de ontwikkelingsleeftijd van je kind. Je hoeft niet meteen met de hele waarheid op de proppen te komen. Je kunt ook een vraag terugstellen, zoals: “Hmm, wat denk jij?” als je 5-jarige kind vraagt of Sinterklaas echt bestaat. En dan even kijken wat er komt. Of reageren met: “Dat is een goeie vraag”. Meestal is dat voor kinderen op deze leeftijd al voldoende.
Als een 7-jarige je deze vraag stelt, kun je de waarheid vertellen. Vaak zie je dat er nog meer vragen komen, zoals hoe ze dan door de schoorsteen kunnen, of binnen kunnen komen. Of hoe een paard op het dak komt.
Je kunt dan het best niet reageren door concrete antwoorden, want dan moet je gaan liegen. En dat druist nu juist in tegen de pedagogische waarden die je in de opvoeding wilt meegeven. Je kunt wel reageren door het open te laten of ook vragen te stellen, zoals: “Tja, hoe zouden ze dat eigenlijk doen?”. En kinderen vervolgens hun eigen antwoorden laten vinden.
De werkelijke antwoorden komen vanzelf als ze fantasie en werkelijkheid volledig van elkaar kunnen scheiden.
Hiermee geef je je kind de kans om zelf dingen te ontdekken, waarbij je hem serieus neemt en ruimte geeft voor zijn vragen. Je kunt de waarheid vertellen op het moment dat je kind daaraan toe is. En dat is voor elk kind anders.
Sinterklaas als middel om grip te krijgen op het gedrag van je kind
Waar dit vroeger veel voorkwam en grotere vormen aannam (“Wie zoet is, krijgt lekkers. Wie stout is, de roe”), is het ook nu voor ouders soms toch verleidelijk om Sinterklaas in te zetten als middel om grip te krijgen op het gedrag van hun kind of om hun kind te laten gehoorzamen.
Sint en zijn Pietjes worden ineens een soort ‘assistenten’ voor ouders, waarbij ze op allerlei manieren in dreigementen verzeild raken: “De Pietjes zien alles, ook als je stout bent, dus pas maar op!”, of “Als je je bordje niet leeg eet, dan komt Sinterklaas niks in je schoen doen”, of “Ik zeg het tegen de Pietjes hoor, dat je niet luistert”.
Dreigementen botsen met de pedagogische waarden.
Je bent niet te vertrouwen; je kind durft zijn emoties niet (meer) aan je te laten zien.
Je bent niet eerlijk; wat je zegt, gebeurt niet of kun je niet echt doen.
Je vertrekt niet vanuit gelijkwaardigheid; je misbruikt je machtspositie, sterker nog: je schakelt een (niet bestaande) macht buiten jezelf in om je kind onder controle te krijgen.
Je bent niet integer; je bent niet betrouwbaar en handelt niet vanuit je waarden.
Dus gebruik niet langer deze dreigementen. Kijk liever wat wel werkt en hoe je je kind oprecht kunt helpen.
6 tips om stress en spanning te voorkomen
Behalve dat je je met dreigementen niet conformeert aan je pedagogische waarden, levert het kinderen onnodig veel stress op. En de weken rondom Sinterklaas zijn al zo spannend voor jonge kinderen. Een beetje spanning is gezond, maar té veel spanning niet. Je hebt er zelf invloed op om dat te voorkomen.
Hieronder geef ik je 6 tips:
- Maak je kind niet onnodig bang. Geen dreigementen, zoals hierboven beschreven. Geen spannende verhalen, geen grapjes die je kind spanning geven.
- Wees duidelijk en voorspelbaar. Gebruik een aftelkalender, picto’s, foto’s of andere afbeeldingen om de dagen zo voorspelbaar mogelijk te maken. Maak een kalender waarop aangegeven is wanneer kinderen hun schoen mogen zetten. En doe dat zeker niet te vaak, bijv. 1x per week.
- Voorkom overprikkeling en schrap eventueel activiteiten, zodat er voldoende rustmomentjes zijn voor je kind.
- Hou de periode zo kort mogelijk en geef er zelf zo weinig mogelijk gewicht aan. Beleef het samen door samen naar het sinterklaasjournaal te kijken, en maak het allemaal niet groter en belangrijker dan dat het is. Humor en grapjes over Sinterklaas maken het wat luchtiger en halen de spanning eraf.
- Zet spel in om ruimte te geven aan het verwerken van spanning en onderliggende gevoelens. Bijvoorbeeld door je kind zelf Sint of een pietje te laten spelen en mee te spelen. Goede spelvormen zijn symbolisch spel of machts-omkeerspel. Je kind volgen in het spel, of zelf het ‘bange’ kind spelen.
- Neem na het sinterklaasjournaal ruim de tijd voor de overgang naar slapen. Tijd voor alle vragen, tijd om iets te tekenen, om te verwerken wat je kind heeft gezien en gehoord. Beter iets later en ontspannen in bed, dan stipt op tijd en een lijfje vol spanning.
Ik wens jullie alvast veel voorpret en plezier in deze sinterklaasperiode. Maak er samen mooie en magische weken van, en een gezellige pakjesavond.
Met warme groet
Carla